Als u bij het lezen een foto aanklikt dan wordt deze vergroot. De foto′s kunnen vervolgens achter elkaar als diashow bekeken worden. Als u een link, bij voorbeeld: Namasté; aanklikt dan wordt deze geopend. Wanneer verwezen wordt naar de kaart van Indonesië, dan kan deze opgeroepen worden door de link: kaart van Bali aan te klikken. kaart van Indonesië aan te klikken. De in het reisverslag opgenomen filmclips zijn HD opnamen. De clips worden geopend en kunnen bekeken worden in een apart venster dat vanzef opent als u op afbeelding met het pijltje klikt.
Goed ontbijt, met uitzicht over de zee en het grote zwembad. Om 10 uur worden we naar het vliegveld gebracht waar we weer geruime tijd moeten wachten; ruim 2 uur. Vliegen is een geweldige manier om te reizen, maar de lange tijd die je steeds weer gedwongen wordt om voor de vlucht op een vliegveld rond te brengen voelt altijd weer als verloren tijd aan. Maar goed, verstand op nul en je neus in een boek en de wachttijd is toch ook wel weer snel om. We boarden voor de vlucht naar Ende op Flores. Het toestel zit zo goed als vol. We hebben een goede vlucht.
Ende kaart van Floris heeft weer een piepklein vliegveld met een kleine bagageband. Onze gids tevens chauffeur Augustino wacht op ons en blijkt een vrolijke jongen. Het is druk in Ende. Veel moslims gehuld in witte kledij; De Hadj (bedevaart) naar Mekka is begonnen. De bedevaartgangers worden door familie en vrienden uitgeleide gedaan.
Weg van de drukte van het vliegveld gaan we eerst ergens lunchen. Vervolgens rijden we naar Moni (kaart van Floris).
Moni ligt onder normale omstandigheden zo'n 2,5 uur rijden van Ende en de weg gaat over een slingerende bergweg, omhoog en omlaag. Er is één weg.
Het zal echter een veel langere reistijd worden. Na een 1/2 uur rijden over de slingerende bergweg komen we langs rotsblokken, bijna zo groot als een huis en moeten we stoppen. Er zijn wegwerkzaamheden bezig, bulldozers en graafmachines staan tegen een steile berghelling hun werk te doen. Rotsblokken klein maken en ervoor zorgen dat ze van de helling afrollen. Het laatste geeft een enorm lawaai. Het stuk waar op het moment de werkzaamheden bezig zijn gaat over de weg die wij moeten passeren. Hierdoor is de weg voor alle verkeer afgesloten. We horen dat de weg afgesloten zal zijn tot 18.00 uur vanavond. Er is geen alternatief. Dit houdt in dat het nog 2 uur duurt voordat we verder kunnen.
Er staat een lange rij voor de wegblokkade. Motoren, brommers, personen auto's, vrachtauto's busjes etc. In de berm kraampjes met drank en voedsel. Men is hier duidelijk op voorbereid. Na zo'n 2 uur kunnen we in het gedrang van tientallen auto's en honderden brommertjes, die ook aan beide kanten hebben moeten wachten en allen tegelijk van start willen gaan op de smalle weg, verder rijden.
Augustino is katholiek. Hij is vrolijk en hij heeft al snel door wat wij leuk vinden.
Hij laat ons onderweg van alles zien, zoals de kapokboom (kapok, ja wij hadden zelf vroeger ook veel dingen van kapok; kussens matrassen en zo), de macademia- en de Cashewnoten boom. Op lakens langs de weg ligt kruidnagel te drogen. We lopen over wiebelbruggetjes. De mensen die we tegenkomen zijn erg vriendelijk. Mooie rijstvelden!
Flores maakt een goede eerste indruk. De heuvels zijn groen. Een oude dame die komt aanlopen is helemaal enthousiast. Ze wil met ons op de foto, en een paar anderen die aan komen lopen ook. Ze vinden het geweldig. Aan het begin van de avond komen we aan bij ons hotel: The Kelimutu Crater Lakes Ecolodge in Moni. We gaan met Agustino eten in een net geopend restaurant van vrienden van hem. Smakelijk eten en goede rasta muziek. Morgenochtend om 4 uur gaat de wekker voor een bezoek aan de Kelimutu vulkaan(kaart van Floris)!
Voor dag en dauw staan we op. Om 03.40 gaat de wekker en om 04.00 uur staan we klaar voor vertrek. Het is een klein uurtje rijden over een slingerende bergweg naar de ingang van het Kelimutu Nationaal park. We stoppen bij het parkeerterrein en stappen uit. Het is vanaf hier 30 minuten klimmen naar de top van de berg. Best een hele tippel maar met een beetje hyperventileren en een extra stop best wel te doen. We treffen het enorm. Het is bijna wolkeloos; dus het beloofd een spectaculaire zonsopgang te worden.
Op de top is een uitzichtpunt. Het uitzicht is prachtig. Er zijn drie kratermeren. Ze liggen verder uit elkaar dan de foto's die we gezien hebben in de brochures doen vermoeden. Twee meren voor ons, één achter ons. De 3 kratermeren hebben verschillende kleuren, zwart, turkoois en donker bruin. Niemand kan verklaren waarom de meren steeds weer van kleur veranderen. De bevolking gelooft dat de zielen van de overledenen in deze meren rusten; in het zwarte meer de oude mensen, in het turkoois meer de jongeren en in het donker bruine meer… de slechteriken. Waarschijnlijker is dat door de loop van de jaren de kleuren van de meren veranderen door de aanwezige mineralen in de bodem van de krater.
We zijn ruimschoots op tijd om de zonsopgang mee te maken.. De kleuren van de meren vinden we wat minder spectaculair dan we verwacht hadden maar het was een heel bijzondere belevenis die we niet hadden willen missen.
We gaan weer naar beneden en plakken er een wandeling met een locale gids aan vast langs verschillende traditionele weefdorpjes. Het pad loopt, vrij steil omlaag. Geweldige natuur. We komen uit bij een waterval. We klimmen over bamboebruggetjes (zonder leuning).
Uiteindelijk komen weer aan bij ons hotel waar we een prima ontbijt krijgen. Daar waren we wel aan toe! Vers fruit, omeletje, kannetje thee. Jammer dat we maar 1 nacht in dit hotel zijn. Het is een fijne plek te midden van prachtige natuur.
Na het ontbijt vertrekken we weer terug, richting Ende (kaart van Floris). Hiervo or moeten we dezelfde weg hebben als gisteren, dus dat betekent dat we weer langs de wegwerkzaamheden moeten. Volgens Augustino is de weg open voor verkeer tussen 12.00 en 13.30 uur en moeten dus in dat tijd frame de wegwerkzaamheden gepasseerd zijn anders moeten we weer wachten tot 18.00 uur. Iets om rekening me te houden.
We hebben echter nog de tijd. We gaan nog naar 2 dorpjes. Het ene dorpje is minder interessant, leek meer op een openlucht museum waar niemand meer echt woont. Er zijn ook vrij veel nieuwe huizen. Het andere dorpje, Liodorp Saga is wel erg leuk, hoewel we niet veel mensen zien.
Er groeien hier cacaobonen, koffiebomen bananenbomen, papaja's en zoete aardappelen. De bloemen ruiken heerlijk.
We ontmoeten de vrouw van het hoofd van het dorp die ons enthousiast over van alles en nogwat vertelt. Ze laat het huis zien waar ze zelf ook gewoond heeft en vertelt dat er 1 week eerder een grote herdenkingsceremonie is geweest voor de voorvaderen. Familieleden van over de hele wereld waren erbij: tot uit Manilla aan toe! Een heel imposante boom met enorme wortelpartij neemt een prominente plek in het dorp.
Dan moeten we ons haasten vanwege de komende road block. We zijn op zich op tijd maar als we op de plek aankomen moet er eerst nog een grote macademia boom verwijderd worden dus we moeten evengoed nog zo'n 50 minuten wachten. We rijden verder naar Ende langs mooie rijstvelden en chili planten.
Het is warm! We komen aan in Ende, hotel Sater Mese. Het is een vrij saai hotel, maar het is er schoon. Er zou wifi moeten zijn maar dat is er niet.
s Middags gaan we nog even het stadje in, er is een marktje maar dat stelt niet echt veel voor.
Goed geslapen. Ontbijt was wat vreemd; 2x een doos, heel koud, uit de ijskast. Een fabrieksbroodje en een heel koud pastei achtig iets met een soort van dril pudding. Dat ging niet schoon op! We verlaten het hotel in Ende en rijden vandaag richting Riung (kaart van Floris). We rijden het eerste stuk langs de kust. Mooie hoge golven! Na een halfuurtje zien we aan onze linkerhand het beroemde "Blauwe stenen strand". Heel bijzonder dat het zwarte strand voor een deel bezaaid ligt met blauwe, groene en paarse steentjes. De stenen worden verzameld door de locals om te verkopen aan handelaren die ze weer doorverkopen aan de handel op Bali. Ze krijgen RP 25.000 per zak. Deze steentjes worden gebruikt voor decoratie van huizen, gebouwen en vooral zwembaden.
Uiteraard hebben we er ook een paar mooie uitgezocht. Leuk om ze uit te zoeken. Als het water er overheen spoelt zijn ze helemaal mooi van kleur! We lopen er wel een uur rond. De zakken van Ingrids shirt worden steeds zwaarder van al het verzamelde gesteente . Niet echt handig als we op onze volgende vlucht maar 10 kilo mee mogen nemen! Straks maar verder uitzoeken. Op een gegeven moment houdt Ingrid zowaar op met stenen verzamelen en zet ze de stenen op de foto. Lekker plekje hier om rond te struinen.
Onderweg wacht ons nog een (al wel van te voren aangekondigde) verassing. We zullen een bezoek brengen aan Tutubadha, een van de laatste dorpen waar de traditionele Nagakeo huizen te zien zijn waar we onthaald zullen worden met traditionele muziek, dans en een maaltijd.
We zijn benieuwd. Onderweg wordt al druk gebeld hoe laat we ongeveer aan zullen komen. Het is nog een flink stuk rijden.
In Tutubadha worden we opgewacht door een welkoms comité. We zijn de enige gasten. De kinderen zingen songs van Bob Marley. Ze vinden ons uiterst spannend. Oudere mannen maken muziek op traditionele instrumenten, jonge vrouwen dansen op de muziek.
De leraar Engels van de kinderen is tevens onze gids in het dorp. De huizen staan in een carré om een groot breed open veld. De huizen zijn heel bijzonder, helemaal van hout en palmbladendaken tot bijna de grond. We krijgen geweven sjaals om met de kleuren van dit gebied.
De kinderen voeren een dansje voor ons op. Het is weliswaar ingestudeerd, maar gaat ook wel lekker rommelig. Om de beurt willen ze wat vragen, maar eigenlijk vinden ze het ook wel heel erg eng om dat te doen.
Dan krijgen we een maaltijd aangeboden. We zitten op de veranda. Er is rijst, vis, iets wat op spinazie lijkt maar érg bitter smaakt. Het eten wordt opgediend in rieten mandjes. Het valt op dat het op de veranda's van deze huizen erg koel is. Want het is best wel weer warm vandaag! Als we gegeten hebben lopen we wat rond. De kinderen lopen nu hand in hand met ons. De jonge mensen trekken weg uit de dorpen als Tutubadha, maar er zijn nog wel oudere mensen die hier wonen en druk bezig zijn in hun huizen. Een oude man blijkt "grandfather Petrus" te zijn. We blijven het raar vinden, al die christelijke "Nederlandse"namen in deze oude dorpjes.
Er worden heel wat foto's gemaakt. Een paar kinderen en ouderen hebben ook een camera/ telefoon. Als we gearmd staan wil helemaal iedereen met ons op de foto! We hebben kretek sigaretten meegenomen en die vallen duidelijk in de smaak bij de mannen van het dorp! Ze zijn erg gewild. We krijgen op onze buurt betelnoten aangeboden maar daar beginnen we toch maar liever niet aan.
Mooi dorp met een vrolijke kluwen mensen. Het achterste huis aan het veld is het belangrijkste. Het is het huis van het hoofd van het dorp. Deze oude man is volgens de dorpsbewoners 121 jaar oud! Dat kunnen wij niet zien, maar echt oud is hij zeker. Ook hij rookt nog graag een sigaretje. Weer heel veel groepsfoto's en nadat we de leraar nog 2 voetballen een zak snoepjes en ballonnen geven voor de kinderen gaan we weer verder.
Nadat we Tutubadha verlaten hebben vervolgen we onze prachtige rit door de diepe vallei naar Riung, aan de Noordkust van het eiland.
Het is nog wel 2,5 uur rijden vanaf hier naar Riung. Maar het is een fraaie rit, dwars door de heuvels. Een hele smalle weg met veel kuilen. Het is lastig rijden voor Augustino. We rijden tussen de palmbomen, tamarinde- en kokosbomen. We maken een tussenstop in "zomaar" een dorpje. Vaak zij zulke onverwachte stops het leukst. Erg vriendelijke mensen en leuke huizen. Sommige huizen hebben een vorm als in Sulawesi, zegt onze gids. De oudjes zitten zo gezellig bij elkaar in de avondzon.
We rijden verder naar een uitzichtpunt waar vandaan we vele eilandjes zien liggen. Morgen gaan we met een bootje naar de eilanden toe.
Uiteindelijk komen we aan in Riung.(kaart van Floris) We gaan naar ons hotel, het Pondok SVD Guesthousel; het is heel eenvoudig. We nemen een koel drankje op de veranda voor de kamer.
Augustino komt langs met de schipper van de boot van morgen. Hij legt ons uit wat we mee moeten nemen; handdoek, snorkel en bril t shirt tegen het verbranden, waterschoenen en een hoed.
Hij verexcuseert zich dat het een vrij simpele boot is maar dat maakt ons niet niets uit. Het lijkt ons geweldig!
Vandaag maken we een snorkeltrip naar het ’17 Islands Marine Park’ voor de kust van Riung (kaart van Flores). Het park staat bekend om zijn koralen, vissen en duizenden vliegende honden. ’s Ochtends vroeg worden opgehaald en wandelen we naar het haventje van Riung zo'n 500 meter van het hotel.
We hebben goede zin. Het weer is, zoals elke dag, schitterend. In de haven worden we opgewacht door de schipper en zijn 2 helpers. Met zijn eenvoudige boot varen we naar het marine park. We genieten van een heerlijke tocht. Er is een lekker windje. We varen een flink stuk. Af en toe worden we door de golven nat gespat. Heerlijk zo op de deinende golven!
Eerst gaan we langs het eiland Ontoloe. In de mangrove-bossen van dit eiland verblijven overdag honderden vliegende honden. Flying foxes noemen ze ze hier, al vinden wij het meer muizenkopjes. Ze kunnen wel een spanwijdte van een meter hebben.
We varen verder naar een ander eilandje Heerlijk wit strandje! We springen van de boot in het water en gaan snorkelen. Het is even wennen, de snorkel en de bril maar het gaat prima. Super bijzonder, hier zo te dobberen boven dat hele grote aquarium!
Al die grillige vormen. Ook kleine kobaltblauwe visjes en hele grote zeesterren in het water. We weten niet precies hoeveel graden het water hier is, misschien 27 graden? In elk geval een ideaal temperatuurtje. Je hoeft niet door te komen en toch fris je er heerlijk van op. Heerlijk zo met ons tweetjes boven die koralen.
Als we onszelf weer op de boot hebben gehesen blijkt dat de bemanning, terwijl wij in het water waren, een heerlijke lunch voor ons hebben bereid. Salade, rijst, mihoen, banaantjes, echt verrukkelijk.
We zwemmen nog even "gewoon" waarna we weer naar een ander strandje varen.
Ook hier weer fijn snorkelen en zwemmen. De onderwaterwereld is hier werkelijk prachtig. We genieten met volle teugen van al het moois. Zeesterren met roodbruine dikke donkere stippen, het koraal. Veel paars ook daar beneden en geel/bruin. Vissen in heel veel kleuren. Ook hele kleine zwart/witte visjes, een soort zebravisjes.
Het ene visje zit de andere achterna en ze zijn zo dichtbij dat je ze wel zou willen pakken en zeggen; nou is het afgelopen met het gedonder! Alles lijkt te dansen en te wuiven onder het water. Daar lig je dan gewoon boven, je lijkt er soms boven te vliegen. Kleine roze visjes die naar je toe zwemmen, en die je naar je ziet kijken. Romantisch ook; tegenover elkaar languit in het water en handen vasthouden en samen al het moois bekijken. Het kost moeite om het water uit te gaan. Zo'n unieke ervaring wil je vast houden. Maar dat dat niet alleen maar verstandig is zal Jan-Arend snel merken.
Als we uiteindelijk het water uit gaan voor de voor een barbecue voelt Jan-Arend zich niet lekker. Hij heeft behoorlijk last van buik en maag. Duidelijk een gevalletje van te veel zon, teveel water en misschien een bacterie? Vervelend!
We hebben evengoed een geweldige dag. We varen in een minuut of 40 weer terug naar de haven en naar ons hotel. Jan-Arend gaat op bed. Hopen maar dat het snel over is. Ingrid haar benen zijn flink verbrand.
Zij heeft weliswaar een shirt aan gehouden in het water, maar heeft zich onvoldoende gerealiseerd dat de achterkant van haar benen evengoed nog veel zon vangen.
Over vandaag kunnen we kort zijn. Jan geeft s morgens nog over. We rijden naar naar Bajawa (kaart van Floris), gelegen op 1200 meter hoogte, omringt door vulkanen. Onderweg stoppen we een paar keer maar Jan-Arend wil vooral snel naar het hotel Happy Happy. Een kleine, eenvoudige homestay. De eigenaren zijn Nederlanders.
Jan-Arend slaapt de hele dag en avond. Gelukkig is er wifi in het hotel zodat Ingrid even kon whats appen en zelfs even de krant kan lezen. We vragen ons gelet op de conditie van Jan-Arend wel af of de trekking voor de volgende dag, met slapen in een hutje, nu wel een goed plan is .
Het gaat wat beter met Jan-Arend. Hij eet een boterham maar voelt zich nog wel erg slap. We overleggen met Augustino. De locale gids die ons bij de geplande trekking zal begeleiden is er ook al. We spreken af de trekking te laten vervallen. In plaats daarvan verkennen we de omgeving met de auto en doen we 2 dorpjes aan. Goed plan.
De locale gids blijft bij ons en is erg aardig. Een rastaman. Hij vertelt veel over de gewoonten en gebruiken van de Ngada; de traditionele bevolkingsgroep die hier leeft. We rijden door een enorm bamboebos waar de stammen van de bamboes extreem lang zijn. Imposant!
Op de achtergrond doemt de Gunung Inerie vulkaan op. De Gunung Inerie is met zijn hoogte van 2230 meter de hoogste vulkaan van Flores.
Vervolgens komen we bij het eerste Ngada dorpje Luba. Erg authentiek; iedereen woont hier ook echt nog in het dorp. De mensen zijn weer heel gastvrij. Op sommige huizen staan symbolen zoals een pop of een huisje. Ze zijn hier erg aan de betelnoot, mannen en vrouwen. Rode monden, rode tanden.
De gids legt uit waarom de huizen hier zo duur zijn. Het is niet alleen het materiaal dat geld kost, maar het zijn ook de noodzakelijke rituelen die veel geld opslokken. Er moet voor enorme bedragen geofferd worden! Veel buffels, paarden, varkens en kippen komen eraan te pas. Later komen een paar jongetjes op het strand spelen. Ze proberen ons kokosnoten te verkopen maar daar hebben we niet zo'n zin in. Weer even later komt een vader met zoon hun buffel in de zee schoonsoppen. Heerlijk relax om zo alles te bekijken, wat te lezen en ondertussen een muziekje te luisteren.
Eén huis is net nieuw en opgeleverd en gisteren ingezegend. De restjes varken worden ons aangeboden maar gezien Jan-Arends maag is dat geen erg goed idee. Het is leuk om te zien. Er zijn mandjes, zelfgemaakt uiteraard, waar de mensen uit eten. Vooral de oudjes zitten op hun veranda en kijken het allemaal eens aan.
Bij één familie worden we uitgenodigd op de thee. De oude dame wil weten hoeveel kinderen we hebben en dan wil ze ook wel een foto van ons kleinkind zien. Jan-Arend laat haar een foto zien vanaf zijn telefoon. Ze vindt het geweldig; ze wil haar graag een zoen geven! Zelf heeft ze 16 kleinkinderen!
We zitten heel genoeglijk. We hebben wat snoepjes mee, schriftjes en pennen voor de schoolgaande kinderen en wat kretek sigaretjes voor de mannen. We kopen een gebruikt betelnoot doosje van de oude dame. Kinderen worden door hun ouders ontluist. Het zijn hier stevige huizen, ook met symbolen erop. Kleden hangen over de veranda's. Het is een mooi breed dorp met grote open plaatsen voor het offeren. Zeer goed zichtbaar in het centrum van het dorp zijn de Ngadhu en Bhaga, paren van heiligdommen.
De functie en betekenis van de Ngadhu en Bhaga is meervoudig, maar in principe symboliseren ze de blijvende aanwezigheid van de voorouders. De Ngadhu is mannelijk. De stam is versierd met houtsnijwerk en is afgewerkt met een krijgerachtige figuur. De Ngadhu symboliseert felheid en viriliteit.
De Bhaga, belichaamt de vrouwelijke voorouder. Het is een kleine hut met een rieten dak, dat een miniatuur van een traditioneel huis lijkt. Het symboliseert het heiligdom van het huis en het vrouwelijk lichaam. De Bhaga biedt voldoende ruimte voor 1-2 personen om rituelen voor vrouwelijke voorouders te houden.
De "paartjes" zijn in de regel gekoppeld aan een bepaalde familie in het dorp. De voorouders geven in de dromen van de nabestaanden instructie wanneer het tijd is om de monumenten te herbouwen volgens vaste patronen. Dit gaat dan gepaard met de nodige ceremonies en kan gepaard gaan met het slachten van een aantal buffels waarvan je de hoorns dan aantreft op of bij de Ngadhu.
Het 2e dorp dat we bezoeken heet Bena. Het meest bekende Ngada dorp. Het dorp bestaat uit twee parallelle rijen van traditionele huizen met hoge rieten daken.
Heel overzichtelijk allemaal. Ook hier weer in het centrum van het dorp weer paren vane ngadhu en bhaga, heiligdommen.
Een ander duidelijk kenmerk van Ngada cultuur, zijn de megalithische formaties in het centrum van het dorp. In Bena zijn deze imposant! Megalieten dienen als verbindingsmiddelmiddel naar de bovennatuurlijke wereld en om te communiceren met de voorouders, vaak door het offeren van dieren. Er is een stenen altaar. Daarnaast is er een enorme stapel van platte stenen, genaamd Lenggi. De plek waar de verschillende clans van het dorp hun juridische geschillen af wikkelen.
De huizen in Bena zijn meestal versierd met schedels en horens van waterbuffels en varken kaken die op verschillende ceremonies werden geofferd. Het dorp is vrij schoon, het afwaswater érg vies!
Vrouwen doen een spel met een soort knikkers. Kippetjes lopen rond en koffiebonen liggen te drogen. Ingrid plukt een grote cacao boon voor thuis. We missen de trekking niet; het is een bijzonder leuke excursie.
Na ons bezoek aan de dorpjes lunchen we met ons vieren. Daarna verkassen we naar een ander hotel. Happy Happy, waar we eerst zaten, had geen 2e nacht een kamer voor ons; eigenlijk hadden we elders geslapen in een hut in verband met de trekking. We verhuizen naar het Sanian hotel. We hebben een kamer die 2x zo groot is als de vorige.
We lopen terug naar de auto en rijden weer weg. Een leuke tocht langs allerlei verschillende huizen/dorpjes volgt.
Na de maaltijd relaxen we even op de kamer. In de middag gaan we naar de markt. Vis, groenten en kippen. De groenten zijn ook hier weer in keurig nette kleine porties verdeeld. Jan-Arend is nog steeds niet helemaal lekker en heeft een buik die geluiden maakt als een rommelende vulkaan.
Een matig ontbijt hier. Jam moeten we maar van een andere tafel pakken. Geen jus d'orange of ander drankje. We gaan vandaag richting Ruteng. We rijden al om half 8 s morgens omdat er ergens onderweg weer een road block is. We moeten er tussen 12 en 1 langs zijn omdat we anders in de file moeten wachten tot ze stoppen met werken, en dat zal rond 18.00 zijn.
Het is nog best een flink stuk rijden maar het is een fraaie rit door een groen, bergachtig gebied met vele kruidnagelbomen. In het begin fungeert de imposante vulkaan vanuit elke invalshoek als achtergrond. Grote verscheidenheid aan bomen; de ene nog mooier dan de andere. Er zijn ook parasietachtige planten die een mooi, soms zelfs ietwat luguber beeld opleveren.
Augustino laat ons veel zien. We stoppen bij een cashewnootboom. Leuk om te zien hoe ze groeien. Nu kun je ook beter begrijpen waarom ze zo prijzig zijn In Nederland. Zo'n grote vrucht (vleermuizen zijn er gek op) en dan 1 lullig nootje eraan. We stoppen bij een strandje met heel zwart zand - toch is het van dezelfde samenstelling als thuis. Vreemd. Er zijn wat vissershuisjes en wat vissersbootjes.
In Aimere maken we een stop bij een jeneverstokerij. Men maakt hier arak van het sap van de lontarpalm. Geen pretje om hier te werken! De vuurtjes zijn héét! Ze laten het proces van de bereiding van de arak zien. Alleen al het klimmen in die hoge bomen is een enorme klus. Onze ARBO zou hier heel wat op aan te merken hebben maar ja, dat geldt voor wel meer plekken hier.
Er zijn schitterende vergezichten met de rijst terrassen. Er worden hier veel vierkante matten geweven, van zo'n 2 bij 2 meter, voor oa muren van huizen. We rijden langs het Rana Mese meer. Er zijn hier krokodillen, dus maar geen zwemstop, maar je kunt er wel naar de prachtige vogelgeluiden luisteren. Dan bereiken we de plek van de road block. Het is vlak na 12.00 uur en ze zijn de weg al aan het vrijmaken. Er staan overal motors met van die grappige ministalletjes achterop. Zo kunnen de wachtenden van de nodige consumpties worden voorzien.
Uiteindelijk arriveren in ons hotel in Ruteng (kaart van Floris); Santa Maria Berduka Cita. Het is eigenlijk een klooster met gastenkamers. Hier slapen we bij de nonnen. We krijgen een kamer. Als we even later weg willen kunnen we nergens de sleutel vinden. Ingrid vraagt bij de receptie of de sleutel misschien nog daar ligt, nee dus. We zoeken weer een tijdje en vragen tenslotte aan de jongen die inmiddels in de receptie is gaan zitten of hij de deur voor ons dicht wil doen. Nee, zegt de jongen; de mensen die vanmorgen weggegaan zijn hebben de sleutel meegenomen, en er is geen kopie. Dat schiet niet op. Nonnen/klooster of niet, we vinden het toch wel een lekker idee dat onze spulletjes achter slot en grendel liggen en vragen daarom om een andere kamer. We trekken ons nog even terug op de nieuwe kamer; Jan-Arend kan het hele programma volgen maar voelt zich nog steeds niet 100% lekker.
Later in de middag gaan we nog even de stad in. Veel kinderen om ons heen die allemaal dingen van ons willen weten zoals hoe we heten, waar we vandaan komen. Allemaal heel vriendelijk, maar het zijn er wel érg veel! Jan-Arend neemt ergens een kop kippensoep en knapt daar helemaal van op.
Het centrum is niet erg indrukwekkend. Meer van hetzelfde en hier en daar een grote brommerzaak. Dus weer retour hotel. Rond 7 uur s avonds gaan we ergens eten. Ontbijt is hier van 6.00 tot 8.30 en s avonds moet je voor negenen binnen zijn. Het is wel een klooster!
Na het ontbijt gaan we rond 8 uur op stap. Augustino laat ons de kathedraal van Ruteng zien, de oude, en een nieuwe, nog groter. Wij geloven het wel, hoeven er niet echt in. Verder bezoeken we een traditioneel Manggarai huis. Wel heel interessant maar erg geïsoleerd tussen nieuwe huizen zodat het toch een beetje van z'n charme verliest en meer een museum functie krijgt.
We passeren verschillende dorpjes met vriendelijke inwoners en stoppen nog bij een uitzichtpunt met uitzicht op Ruteng.
Vervolgens rijden we een flink stuk verder naar de plek waar de beroemdste rijstvelden van Floris zijn aangelegd. Ooit heeft een dorpshoofd besloten om de verdeling va de grond onder zijn kinderen op een eerlijke manier aan te pakken. Vanuit een centraal punt worden de rijstvelden in gelijkwaardige taartpunten verdeeld. Daardoor ontstaat een unieke web-patroon, dat weer heel anders is dan de gebruikelijke terrasbouw.
Deze spinnenweb velden zijn prachtig van bovenaf een heuvel te zien. Moet je wel eerst op de top van de heuvel komen. Best nog een klim. Jan-Arend heeft nog niet genoeg adem om de klim naar boven helemaal te maken. Daarom lopen Augustino en Ingrid samen naar boven. Een klim die meer dan de moeite waard is. Een prachtig gezicht, die ronde velden daar beneden. Deels groen, deels al geoogst. Fascinerend!. Fijn dat het nu geen regenseizoen is want dan zal deze plek moeilijk bereikbaar zijn.
We rijden verder, veel mooie vergezichten volgen nog. Ook weer mooie bomen; eucalyptus, cashewnoot, kruidnagels. We leggen vandaag een bijzondere visite af. We komen langs het huis van de zus van Augustino en zijn uitgenodigd voor de lunch. Altijd één van de hoogtepunten van onze reis. Gewoon gezellig op visite bij een familie thuis.
Best wel confronterend om te zien hoe primitief de leefomstandigheden nog zijn. Een heel eenvoudig huis met weinig voorzieningen en een gecombineerde woon/leef/slaapkamer met één ventilator. Heel gastvrije mensen, die in hun levensonderhoud voorzien door in de rijstvelden te werken.
De tocht vandaag gaat over mooie bergen. Veel haarspeldbochten, soms is het wat heiig. Deels is dit nationaal park. Hier en daar stoppen we om van het mooie uitzicht te genieten. Schoolkinderen zwaaien naar ons. We stoppen bij een rijstveld waar landarbeiders aan het werk zijn. Ze planten nieuwe reisplanten. Bij het oogsten worden de rijsthalmen afgesneden. Het groen wat overblijft is voor de veestapel. Erg zwaar werk in de moordende hitte hier! Soms wordt er hier gewerkt met een Chinese buffalo, een eenvoudige machine om te ploegen die we ook veel in Sri Lanka hebben gezien. Leuk om van dichtbij te zien hoe een rijstplant er nou precies uitziet!
Het is een gegeven waar we deze reis steeds weer mee geconfronteerd worden; alle specerijen waar we in Nederland als eindproduct zo gewoon mee zijn zien we hier aan het begin van het verwerkingspatroon; de cacao, de peper, de koffie, rijst, de cashewnoten, de kapok, de kruidnagel en ga zo maar door. Wat een rijkdom aan gewassen!
We zien in de verte vanaf de bergen de zee, en de eilandjes er in. We maken een stop bij een boom die de rasta haar boom wordt genoemd; daar kunnen we wat bij voorstellen. Lange slingers met vruchten eraan hangen recht naar beneden. Dan zijn we in Labuan Bajo (kaart van Floris). We worden afgezet in ons hotel Bajo Eco Lodge.
We nemen hier afscheid van Augustino. We drinken nog een sapje met elkaar en dan vertrekt hij naar zijn familie (die woont hier ook). Hij heeft zeker bijgedragen aan deze fijne tijd op Flores. Jammer genoeg zijn we zijn adres kwijtgeraakt want anders hadden wij hem zeker als gids kunnen aanraden en hadden we hem foto's op kunnen sturen.
Het hotel is geweldig. Een fraaie ruime kamer met een groot balkon, mooie badkamer, wifi, en uitzicht op zee. Goed toeven hier. Er is ook een lekker zwembad. Ingrid neem een duik, en in de avond eten we hier. Gelukkig valt het eten bij Jan-Arend ook weer goed want morgen maken we met een privéboot een unieke tocht door het Komodo National Park, één van de mooiste gebieden van Indonesië! Daar hebben we heel veel zin in!