TravelByPhoto.nl









Reisverslag Birma/Myanmar
DEEL2


 ...

Inleiding 

Deel 2 – van Bagan naar het Inle Lake

Voor bij het reisverslag 

Als u bij het lezen een foto aanklikt dan wordt deze ver­groot. De foto′s kunnen ver­volgens achter elkaar als diashow bekeken worden. Als u een link, bij voorbeeld: Khiri Travel aanklikt dan wordt deze geopend. Wan­neer verwezen wordt naar de kaart van Myanmar, dan kan deze opgeroepen worden door de link: kaart van Myanmar aan te klik­ken. De in het reisverslag opge­nomen filmclips zijn HD opnamen. De clips wor­den geopend en kunnen bekeken worden in een apart venster dat vanzef opent als u op af­beelding met het pijl­tje klikt.

Route week 1: Yangon • Taungoo • Pyay • Bagan • Mandalay
Route week 2: Mandalay • Kalaw • Inle Lake • Mandalay
Route week 3: Mandalay • Hsipaw • Kyauk Me • Pyin Oo Lwin • Mandalay • Yangon
Route week 4: Yangon • Maung Shwe Lay • Lintha Village Ngapali • Yangon

Dag 8 - dinsdag 6 november (vervolg)

... ...

Na de zonsop­gang in Ba­gan rijden we door. Ergens onderweg een stop aan de kant van de weg bij een pinda plantage. Er loopt ook een stier in een rondje met mo­len­steen om de olie uit de pinda's te per­sen. Een man klimt in een hoge palmboon naar de top en haalt daar wat zoete vloei­stof uit de boom die gebruikt wordt om sterke drank van te maken.

Onze chauffeur Aung Win heeft via via gehoord dat er ergens in een dorpje in de buurt een ceremonie gehou­den wordt om monniken te eren. November is een feest­maand voor de monniken In Myanmar.

We verlaten de hoofdweg en rijden naar het dorp. Onderweg passeren we een vrachtwagen volgeladen met streekbewoners die ook naar het dorp gaan waar een kloos­ter blijkt te staan. Na aankomst overladen de be­zoekers de monniken met geld en geschenken. Als dank daarvoor krijgen ze zelf een gezamenlijke maal­tijd. De mensen bij het klooster zijn allemaal even vriendelijk. Zij genieten van hun sigaren! Er zijn ook een paar oude man­nen bij in traditionele kledij en het haar in een knot.
... ... Aan de achter­kant van het kloos­­ter wordt in een open­lucht keuken een speciale maaltijd voor de monniken zelf bereid. Wij wor­den uit­genodigd om de maaltijd in het klooster te gebruiken. Heel speciaal om mee te mo­gen maken.

Als we weer teruggaan naar de hoofdweg stoppen we eerst nog even bij een com­pound. De vrouwen zijn bezig pinda’s te pellen. Een hele lieve oude dame van 82 vraagt ons bij haar te komen. We spreken niet dezelfde taal, maar ze is gastvrij en nodigt ons uit naast haar te komen zitten om thee te drin­ken en koekjes te eten. In de com­pound staan erg mooie pot­ten! Een soort ste­nen potten, waar het water goed koel in blijft. Van buiten fraai verweerd, en vaak met mos begroeid. ... ... Na ons bezoek aan de com­pound rijden we door naar een marktje. Een vrouw zit érg te graaien tussen darmen en var­kens­­oren... even slik­ken! Het is erg druk en er komen en gaan busjes die uit­pui­len. Jan-Arend heeft geen koorts meer, maar heeft wel erg last van kriebelhoest. Het wordt een beetje in de hand gewerkt door de airco, maar die is ook wel weer érg fijn!

We rijden langs Mount Popa. We hebben niet echt de be­hoef­te de berg te beklimmen zo op het heetst van de dag. Het is wel èrg mooi gelegen! Het is er druk en er zijn veel apen, die we verder in Birma eigenlijk niet zien. Het gou­den complex ligt boven­op de berg. Wel sprookjes­achtig. ... On­der­weg naar Man­da­lay stop­pen we nog bij een heel oud kloostertje.

2 jonge mon­niken komen meteen met 2 stoelen aan, maar we vinden het veel te leuk om even rond te kijken. We hadden ook nog wat stui­ter­balletjes in de tas, en als we weggaan is iedereen er mee aan het ballen!

... ...

Het laatste stuk van­daag is snelweg. Ons hotel In Manda­lay (detail kaart)Het Emerald Land Inn, ligt niet echt in het centrum maar dat geeft niet. Er is nu geen tijd om Mandalay te bezoe­ken. Morgen vliegen we door naar Heho en we komen nog terug in Man­dalay. We nemen af­scheid van Aung Win, die te­ruggaat naar Yangon. We heb­ben een fijne gid/ chauf­feur aan hem gehad!

In de buurt van het hotel niet echt een restaurantje gevonden, maar als we be­sluiten in het hotel te eten blijkt dat een goede keus, want de fried rice is sma­ke­lijk!! We trekken ons terug in de koelte. Jan-Arend slaapt matig door zijn ver­koud­heid. Wel goede bed­den!

Dag 9 – woensdag 7 november

6 uur weer op, goed ontbijt. Iets leek op bruin brood, maar dat bleek chocolade­brood te zijn. In een luxe 4 wheel drive worden we naar het vliegveld gebracht. Onder­weg weer drukte; motoren met hele families erop, vaak in amazone zit, géén helm. Kleine busjes uitpuilend met monniken. Een stuk snelweg waar soms een ossenkar de weg over­steekt! Aan weerszijden van de weg zijn de mensen druk bezig met het bewerken van het land.

... ...

Op het vlieg­veld gaat het vlot. Bin­nen­land­se vluch­ten zijn toch een heel ander verhaal dan in­ter­nationale vluchten hier. Niets geen koffers wegen of strikte re­gels over 2 stuks bagage.

Het is maar een korte vlucht; 20 minuten! We vlie­gen in een Fokker. Op Heho moeten we even wach­ten maar we worden uiteindelijk netjes opge­haald door een gids met chauffeur.

Wij rijden naar Kalaw (detail kaart). Kalaw werd vroeger door de Engelse kolonisten gebruikt als toevluchtsoord. Vanwege het koelere kli­maat in de heuvels was het een ideale plek om tijdens de zomer de hitte te ont­vluch­ten. Van de luchthaven naar Kalaw is een ritje van 3 kwar­tier.

Wij rijden door een schit­te­rend heuvellandschap met mooie uitzichten. De aarde is hier veel roodbruiner en er zijn veel gele veldjes. Dat blijkt mosterdzaad te zijn. De temperatuur is aange­naam en er zijn véél bloe­men.

Het hotel de Honeymoon Dream Villa ziet er goed uit. Vreemde naam voor een hotel, maar de kamer is prima. Alles is hout. De men­sen van het hotel zijn érg vriendelijk!

Na de lunch lopen we even naar het dorpje. Dat is niet ver, maar er is niet echt veel te beleven. Er is een markt maar die is maar gedeeltelijk open. Groenten en fruit en vooral ook veel Chinese spul­letjes. We drinken ergens nog thee en lopen weer terug naar het hotel. Daarna blijft Jan-Arend in bed liggen. Hij voelt zich nog steeds niet helemaal 100%. Ingrid leest buiten op een schommelbank een boek.

Dag 10 - donderdag 8 november

Na het ontbijt beginnen we vandaag aan een tweedaagse trekking.

Om half 9 worden we opge­haald bij het hotel. We gaan met de auto naar de plek waar we met lopen star­ten. Het eerste stuk gaat nogal naar beneden, dan gaat het om­hoog, en ten­slot­te gaat het steil omhoog!

... ...

We lunchen bij een kloos­ter. Het is er een beetj­e saai. We moeten lang wach­ten tot we verder gaan. We zoeken daar­om een mooi plekje in de schaduw om een dutje te doen en ontmoeten ook een ander stel dat aan het lopen is; het zijn Zwitsers. Leuke mensen. We blijven van half 11 tot half 2 bij het klooster. ...

Als we weer gaan lopen, lopen we in ongeveer ander­half uur naar het volgen­de klooster. Ook bij dit klooster niet veel monniken, die bo­ven­dien als enige mon­niken in heel Birma, althans van dege­nen die wij tegen­kwa­men, geen woord zeggen. Het dorpje zelf is ook niet zo span­nend.

... ...

We hadden gedacht dat het een dorp­je met bamboe hui­zen zou zijn en in de be­schrijving van de trek­king stond iets over de vrou­wen van het dorp die met ons een gezamelijke maaltijd zouden bereiden. Een soort mini kookcursus birmees eten dus, maar niets was min­der waar. Een paar nieuwe stenen huisjes en geen gezamelijk eten. Het is daarom best een lange zit tot het avondeten, rond half 7. ...

Intussen heeft Jan-Arend nog steeds wat koorts en heeft Ingrid behoorlijke last van haar dar­men. Om 7 uur zijn we uitgegeten, het is donker. We kletsen nog een uurtje met de Zwitsers, en dan gaan we sla­pen. We slapen in een grote ruimte naast het kloos­ter. Zo'n 8 bij 20 meter? Wij aan de ene kant en de Zwit­sers aan de andere. ...

s Nachts wordt Ingrid wak­ker. Als ze zich omdraait voelt ze .... dat het fout gaat! Haar sluitspier heeft z'n werk niet goed kunnen doen! Zij zoekt in allerijl een lampje, schiet in haar berg­schoenen die buiten staan, en loopt zo snel als het kan naar de wc die ook buiten is. In het donker, met flauw schijnsel probeert zij de scha­de te her­stellen. Wat te doen met de vieze broek? Geen prullen­bak, plastic zak of iets derge­lijks. Nood breekt wet ... met een ferme zwaai lanceert Ingrid haar onderbroek de verre strui­ken in. Nog zelfs zonder schuldgevoel ook! Ze heeft het even helemaal ge­had. Wat een armoe, wat een ge­klieder! ...

Dag 11 - vrijdag 9 november

Om Half 8 in de ochtend gaan we weer lopen. Voor Ingrid een echte martel­gang!! Zo’n 50 meter gaat het goed, maar dan nemen we ergens een mini paadje van zo'n 25 cm breed. Het gaat súpersteil naar bene­den. We zijn zo'n 800 meter gedaald, zo wijst de hoogte meter van de Zwitsers aan. Het heeft de afgelopen nacht hard geregend, en het is SPEK glad. Het wordt al meer strom­pelen en glijden. Het profiel van onze berg­schoenen zit al na een paar stappen vol met klei. Het zou een uurtje of 3 a 4 dalen zijn. Nou tel daar maar een paar uurtjes bij op!

...

De omgeving is na­tuurlijk wel erg mooi. Heel groen, het lijkt wel een jungle. Veel mieren, bloemen, vlinders; vooral veel gele. Voetje voor voetje bewegen we ons ver­der naar beneden. Heel ge­concen­treerd want voor dat je het weet zet je een mis­stap of struikel je over je eigen benen. Je moet aldoor je voet hoog optillen, over bamboe­stam­men, stenen, en zo voort.

De gidsen zijn super vriend­elijk. Ze dragen onze tassen en geven Ingrid een hand als ze dreigt te vallen. De dar­men van Ingrid protesteren on­der­­tussen nog steeds flink, haar sluitspier verliest de strijd op de momenten dat zij ineens een gekke be­weging moet maken.

Als we denken er te zijn ko­men we bij een rivier, waar we ook nog eens ruim een uur langs én door­heen moeten. Er loopt geen pad en we zwalken van de ene oever naar de andere oever, heen en weer, steeds weer tot de knieën door het wa­ter, langs en over stenen.

Wauw dit is geen trekking meer maar een heuse on­voorbereide, onaange­kon­dig­de survival tocht van het heftige soort. We kunnen niet meer!! Deze tocht na regenval doen is echt af te raden.

...

Uiteindelijk belanden we dan toch bij het oli­fanten op­vang­kamp. Er zijn 7 oli­fan­ten. De mensen van het op­vangkamp vragen of wij een rit­je op een olifant willen maken, maar dat ge­loven we wel; we willen een ritje auto naar huis!

Als we een klein stukje ver­der gelopen zijn blijkt echter dat het naar de auto nog dik een uur lopen is, dus we we­ten niet hoe snel we alsnog op die olifant willen en stap­pen!! Heel lieve beesten die olifan­ten en ook de begeleiders zijn allemaal even aardig. We geven bana­nen aan de olifan­ten en was­sen ze en spatten ze nat. De olifanten lijken wel echt te genieten hier. Hun haartjes zijn ook zo lek­ker borstelig, en ze doen alles zo voorzichtig! Het voelt goed op de olifant.

Na een tocht door de jungle op de rug van de olifant belanden we bij het eindpunt, waar we ook de Zwitsers weer tegenkomen. Zij zijn er net een ruim half uurtje. Zij zouden na de 3-4 uur (!) die de trek­king zou duren, nog doorgaan en 1,5 uur klim­men en de dag erna nog verder lopen, maar zij zijn ook helemaal uitgeput en er klaar mee. Onze Zwitserse vrien­den willen "tout de suite" een taxi naar hun hotel. Het lag dus toch niet alleen aan ons.

Na een maaltijd moeten we nog een uur rijden naar het hotel. Onderweg vallen we in een diepe slaap en in het hotel ..... een warme douche, en dan naar Bed!

Dag 12 - zaterdag 10 november

We zijn helemaal gesloopt! Alles doet zeer en we zijn superstijf.

Om 9 uur worden we opge­haald, bij dit hotel met ex­treem vriendelijke mensen. De auto heeft een vrouwelijke gids mee, Su-Su. Het is een leuke meid. ... ...We rijden naar de markt in Kalaw, waar vandaag de weekmarkt is. Het is daarom aanzienlijk druk­ker dan toen wij er samen waren. Su-su legt veel uit op de markt. Er zijn de nodige vruchten en kruiden die we niet kennen. We zien veel manden met fruit, verse maar ook veel gedroogde vis, noten, en rijst. ... ...

We rijden verder en pas­seren weer een markt waar het heer­lijk druk is. Veel paard en wagens, vooral een markt voor de localen. Daar­na brengen we een be­zoek aan het beroemde Shwe Yan Pyay Klooster. Een meer dan hon­derd jaar oud houten klooster dat vooral bekend is door zijn ovalen vensters.

Er zijn veel novicen. Ze zijn aan het bidden en leren. ...Su-su legt ons uit dat elke mannelijke boeddhist geacht wordt een poos mon­nik te zijn. De jong­ens gaan vanaf 7 jaar het klooster in, meisjes vanaf 9 jaar. Zeven dagen is de minimum tijd voor het kloos­ter. Wij komen richting Inle Lake en het klooster is duidelijk een populaire trek­pleis­ter. Een hele busla­ding bejaarde Amerikanen wordt voor de duur afgezet. Als snel is de gebedszaal met meer toeristen dan monniken be­zet. Wel jammer.

... ...

Bij dit kloos­ter is ook een tem­pel met hon­der­­den Boed­dha beelden,
heel ­ leuk in nisjes neer­gezet. Sommigen zijn al heel oud, anderen zijn niet lang geleden nog gedo­neerd.

Na dit fraaie klooster rijden we verder richting Inle Lake. Aangekomen bij Myaung Shwe (detail kaart) volgt een heer­lijke trekking; per boot!!! In een smal­le houten motor­boot reizen we met alleen Su-Su en de schipper over het meer. Eenvoudige hou­ten stoelen in de boot, maar ze zitten heer­lijk. We kopen eerst even een hoed, want de zon is fel en heet, en op het open water is dan een beetje extra bescher­ming niet ver­keerd.

We varen langs de beroemde vissers die met 1 been varen, kunstig balancerend. Ze slaan met een stok op het water, en dan moeten de vissen het fraai vorm gegeven net inzwem­men. Er zijn veel drij­vende planten, het doet den­ken aan Zuid India.

... ...

We varen naar ons hotel Golden Island Cottages.

Het ziet er heel fraai uit, en we worden onthaald met mu­ziek. Alle huisjes staan op palen, ook de onze dus. We heb­ben een ruime kamer en een terras aan het water.

...

Na heel eventjes opfrissen varen we weer weg. Alles wordt hier in boten vervoerd. De boten varen soms echt hard! De hui­zen staan op palen en er zijn drijvende tuinen. Para­dijselijk mooi allemaal. We lunchen met ons drie­tjes. We genieten van alle boten die voorbij komen en de mensen. Dan weer een boot met kin­deren die naar school worden gebracht, dan weer vrouwen op weg naar de markt en dan weer een boot met mon­niken. Ze varen hier vooral met lange smalle boten waar meestal niet meer dan 5 personen in kunnen.


... ...We bezoe­ken een plek waar ze zelf papier scheppen, met bloe­men erin ver­werkt uit de omge­ving. Bij voorbeeld hibis­cus. Alles wordt met de hand gedaan. We genieten van het varen en hebben we soms een beetje moeite de boot uit te komen vanwege spierpijn. Aan het eind van de dag gaan we weer naar de kamer. ’s Avonds eten we in het hotel. We heb­ben een gezonde kleur gekre­gen!

Dag 13 - zondag 11 november

... ...

Half 8 op, lekker rus­tig ont­bijten. Half 9 ligt de boot weer klaar. Als we ons aan het klaarmaken beweegt de aarde. De elektriciteit gaat ook even uit. Jan-Arend denkt dat het een aardbeving is, Ingrid denkt dat er een grote boot langs vaart.

Als we naar buiten kijken is er geen boot te zien, maar wel heel veel luchtbubbels die uit het meer naar boven komen. Heel vreemd, zo‘n beving die veel langer aanhoudt dan te verklaren is. Later lezen we op teletekst; aardbeving van 6.8 op de schaal van Richter! Midden in Birma op een diepte van 9 kilometer, op 135 kilo­me­ter ten noorden van Man­dalay, en er zijn zelfs 10 doden te betreuren en nogal wat gewonden. Bizar natuur­lijk dat wij dit dus ook gevoeld heb­ben!

... ...

Als we met de boot bij het hotel vertrek­ken is het nog een beetje bewolkt. Wat is het toch heerlijk in zo'n bootje, genie­ten van alles wat je ziet. Overal bootjes met hardwerkende vissers. Lang­zaam breekt ook de zon door. Onze schipper denkt erg mee; als hij ziet dat we iets fotograferen of filmen vermindert hij meteen vaart tot we klaar zijn. Want die diesel kan aardig tekeer gaan. We gaan naar de markt in Nam Pam. Er is hier een cyclus van 5 dagen, en elke dag is er in een andere plaats markt. ... ... Het varen door zo'n vissers­dorpje is zo leuk; spelende, vlie­ge­ren­de, zwemmen­de kinderen, bam­boe­huisjes, soms erg scheef veel bootjes, was die hangt te dro­gen. Het ruikt er naar water, bloemen, krui­den en een vleugje diesel. Er zijn héél véél bootjes bij de markt!

We klimmen uit de boot. Gelukkig is de spierpijn al een stuk minder. Op de markt veel bamboestam­men, groot en klein, lang en kort, Ze worden gebruikt voor huizen, voor het vastzetten van de drij­vende tuinen, of voor het onder­steu­nen van (tomaten) planten. ... Er is geen bij­zonder kleder­dracht, maar veel vrouwen en ook wel man­nen van de Intha-stam die dit gebied bevolken dragen een handdoek als een tulband op hun hoofd.

Su-Su doet het leuk! Ze legt geduldig allerlei etenswaar, groenten en kruiden uit. Veel noodle achtige producten ook. Vaak gefrituurd. Ook rijst­koeken. Opeens duikt er dan zo'n varken­tje op van onder een stalletje. Er is een stalletje met medi­cij­nen. Het is een leuke markt.

We varen weg, langs velden van lotusbloemen in het water. Lekker windje op het water, pet op. Alleen maar kijken. ... ...

We bezoe­ken een smederij , een siga­renfa­briek­­je en een grote weverij. Veel weefge­touwen met veel vrouwen aan het werk. Razendsnel gaat het allemaal. Ze maken ook garen van de stelen van lotus­bloe­men. Dat zijn fijne en dure draden waar ze mee weven. Leuk al die spoeltjes in de verschillende kleuren.

Soms is het in de boot zitten zo lekker dat we eigen­lijk geen zin hebben eruit te gaan. Tussen de middag lekker gegeten in een restaurantje, waar we allemaal verschil­lende Birmese gerechten krij­gen. Erg smakelijk. Su Su legt het weer uit. We praten met elkaar over hoe we leven. Het huis van Su Su waar zij met haar ouders woont, wordt elk jaar wel overstroomt. Zij gaan als het water hun huis instroomt naar een tante, die wat verder en wat hoger woont.

Van waar we eten hebben we een goed zicht op alles wat er voorbij komt. De nodige boten natuurlijk, maar ook drij­ven­de tuinen, met hyacinten. Erg bijzonder! Bij het restaurant is een plek waar Birmese katten leven. Ze hebben zelfs hun eigen eiland met huisjes en raampjes, een deur en een trappetje. De katten zien er goed verzorgd uit!

... ...

We varen naar een klooster en een stupa. Ook daar katten. Dit waren tot een half jaar gele­den be­roemde kat­ten die door een mon­nik getraind waren om door een hoepel te sprin­gen. Echter, deze monnik is een half jaar geleden over­le­den, en nu liggen de poezen vooral te slapen.

Er is in de tempel nog wel iemand die zo'n slapende kat optilt, voor zich neerzet en waar­achtig, als hij Jump zegt, springt de kat door zijn tot hoepel gevormde armen. Maar, na de sprong zakt de poes snel door zijn pootjes om te gaan snurken... Er is dus weer iemand met de katten aan het trainen.

Weer varen we verder, langs drijvende tomaten­velden. Gisteren hebben we tegen Su Su gezegd dat we het leuk zou­den vinden op het meer een zons­ondergang mee te maken, en dat gaan we nu beleven. Geweldig! ... ... Aan het eind van de dag lek­ker op ons terras zitten, kijken naar het laatste stuk licht wat verdwijnt.

Dag 14 - maandag 12 november

Lekker geen wekker gezet! Beetje opge­ruimd, en naar het ontbijt. Daarna op ons terras genieten van het weer, het meer, het uitzicht, het niets doen. Wat is het hier mooi! Er komt een kluitje hyacinten voorbij drijven. Vogels in de lucht en een verrukke­lijk temperatuurtje!

... ...

Tegen twaal­ven gaan we rich­ting aanleg­stei­ger en met ­Su-Su ver­trekken we weer voor een lekker boot­tochtje. Voor de laatste keer kijken we naar de vissers en hun vissers­kun­sten.

Dan zijn we bij de auto en gaan we via een stupa naar de lucht­haven van Heho. Als het vliegtuig komt sjorren jongens een brandblus op wieltjes naar de landingsbaan. Zouden ze een BHV training hebben? Zou het lukken? Een vliegtuig blussen met één spuit? Gelukkig hoeven we het niet uit te pro­be­ren. ...Vlaggetjes worden uitgerold met Air Bagan. Het is een kleine luchthaven, maar alles werkt wel. Een raam staat open; je zou zo naar de vlieg­tuigen kunnen hollen. Maar, wie zou dat hier nou doen?

...

Het is niet altijd duidelijk welke vlucht aan de beurt is voor het inchecken en dus krijgt iedereen bij zijn boar­ding kaart een sticker voor op je shirt zodat het per­soneel kan zien welke mensen eruit gepikt moeten worden om te boarden als die niet goed hebben opgelet! Ook hier wordt de bagage weer niet gewogen en een aangebroken flesje drinken mag gewoon mee het vliegtuig in! Hoe anders dan op Schiphol!

In het vliegtuig ligt toevallig in de stoel voor ons een locale krant uit Mandalay. Het is een Engels­talige krant met een heel verhaal en foto's over de aardbeving. Bizar dat we daar zo dichtbij waren. Er blijken toch zo'n 50 mensen omge­komen te zijn bij deze vrij krachtige aardbeving! Er zijn ook flink wat gewonden en er is een brug en een stupa inge­stort.

- naar: Deel 3: van Inle Lake naar Mandalay en